Gildedag 2009 bij gelegenheid van de 75e verjaardag van beschermheer mr. drs. Cas de Quay

Ter gelgenheid van zijn 75e verjaardag op 17 september 2009 werd aan de beschermheer van het St.Anthoniusgilde, mr.drs C.L.M. de Quay, een gildedag aangeboden. Voorafgaand hieraan vond een persoonlijk gesprek plaats met beschermheer mr. drs. Cas de Quay op het landgoed "de Hiersenhof” dat sinds 1836 in het bezit is van de familie De Quay.
                                                          
 
Hier woont inmiddels de vijfde generatie De Quay. Dit prachtige landgoed met zijn landerijen en statige bomen, dat in de 18de eeuw ontwikkeld werd op een voormalig Kroondomein, is de plaats waar op 12 en 13 september 2009 het gilde- en dorpsfeest zich afspeelt. Lees hier meer over het landgoed "de Hiersenhof".
      
                   
  
Veel mensen in Beers spreken je aan met je voornaam: Cas. Is dat omdat ze je kennen als beschermheer van het gilde?
Ja, of ze kennen me van voor die tijd. Ik heb hier tijdens de oorlogsjaren twee jaar op school gezeten. Mijn vader was toen geïnterneerd door de Duitsers en later was hij ondergedoken. Ik zat toen in de 5e en 6e klas van de Lagere School. Groep 7 en 8 zouden ze nu zeggen. En aan die tijd heb ik goede contacten overgehouden en een gehechtheid aan Beers die nooit meer over is gegaan.

De vraag ligt voor de hand: hoe word je beschermheer van een gilde. Is dat erfelijk?
Nou, dat laatste weet ik niet. En eigenlijk is dit een vraag die je moet stellen aan de erehoofdman van het gilde; Toon Vos. Hij heeft er voor gezorgd dat mijn vader als eerste van de familie De Quay die functie op zich nam. Mijn vader sprak thuis heel enthousiast over het gilde. Ik hoefde dan ook niet lang na te denken toen Toon mij in 1990 vroeg om het beschermheerschap van mijn vader, (die hier vanaf 1962 definitief heeft gewoond en er ook is overleden in 1985), over te nemen.

Had je ervaring in soortgelijke functies?
Als je bedoelt of ik ervaring met gilden heb dan is het antwoord: nee. Dat had mijn vader natuurlijk meer. Hij was als Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant goed op de hoogte van de grote sociale betekenis van de gilden en was ook vanuit zijn functie veel aanwezig bij de provinciale gildebijeenkomsten. Maar ik heb, net als mijn vader, bestuurlijke ervaring op velerlei gebied. En mijn financiële kennis, die ik - gelukkig lang voor de huidige kredietcrisis - in de bankwereld heb opgedaan, komt af en toe ook van pas. Maar je moet het ook niet overdrijven: ik heb voornamelijk een adviserende functie bij het gilde. Het bestuur heeft zijn zaakjes goed voor elkaar.

En je betrokkenheid bij Beers?
Ja, dat is zeker een belangrijke factor. Mijn ouders hebben hier vanaf 1961 gewoond en in die tijd kwamen wij hier regelmatig. Eerst kwam ik hier alleen en later ook met mijn gezin.En voor die tijd gebruikte de familie "De Hiersenhof” als buitenhuis. Bij ‘buitenhuis’ moet je je overigens niet teveel voorstellen, want net als bij veel andere Beersenaren, was hier in die tijd geen stromend water, geen elektriciteit en ook geen gas. We kwamen hier vanwege de rust, de ruimte en de mooie natuur.En wat mijzelf betreft: het is niet onbekend dat ik een liefhebber ben van de jacht. Ik nam dan ook iedere gelegenheid te baat - en dat waren vooral de vakanties - om hier te jagen: eten bij Door en Piet Nelissen en dan samen met hun zoon Wim achter de konijnen aan.

Was die betrokkenheid bij Beers de belangrijkste reden om het beschermheerschao van het gilde te accepteren?
Ja. Als ik mij in Beers niet zo had thuis gevoeld, zou ik het beschermheerschap zeker niet hebben aangenomen.Maar natuurlijk is het een eer om gevraagd te worden en daarmee in de voetsporen van je vader te kunnen treden. Hij vond de functie (net als ik) zeer de moeite waard. En vergis je niet: het gilde is één van de bloeiende verenigingen in Beers die bijdragen aan de sterke gemeenschapszin in ons mooie dorp. Dankzij een rijk verenigingsleven is Beers geen slaapdorp, maar een echte gemeenschap, waar mensen lief en leed delen. Vriendschap en broederschap vormen het hart van ieder gilde, ook van het Beerse gilde, dat nu al ruim 6 eeuwen bestaat. Daarmee voel ik me speciaal verbonden, want ook mijn familie heeft al een paar eeuwen hechte banden met het land van Cuijk en - vanaf het begin van de 19e eeuw- in het bijzonder ook met Beers.
 
Zijn er herinneringen uit je Beerse verleden die diepe indruk op je hebben gemaakt?
Dat zijn er veel, maar er is er één toch wel heel bijzonder.Dat is de dag dat ik 10 jaar werd: 17 september 1944, een stralende nazomerdag. Moeder woonde hier toen met haar 8 kinderen op "De Hiersenhof”. Ik wist niet beter dan dat mijn vader in Duitsland in een krijgsgevangenkamp zat. Maar hij was ondergedoken, hier vlakbij, bij de familie Van der Broek op de Achterdijk. Die dag kreeg ik niet één, niet twee, maar drie onvergetelijke cadeaus. En dat in oorlogstijd. Zeg dat wel. Het begon al bij het ontbijt: ik kreeg als verjaarsgeschenk een echt geweer; een luchtbuks. Weliswaar een wat gammel tweedehands geval, maar toch. Ik was er de koning te rijk mee.Na de Hoogmis rende ik meteen naar Piet Nelissen, de jachtopziener op het Ossebroek, om hem mijn buks te laten zien....en natuurlijk ook om deze meteen uit te proberen.Toen ik daarna rond twaalf uur thuis kwam, wachtte een tweede, nog veel mooier cadeau: mijn vader zat namelijk in de serre alsof hij nooit weg was geweest. Ik had hem ruim twee jaar niet gezien, maar ik herkende hem meteen. Dat was een feest.Toen we aan tafel gingen, zag ik dat mijn moeder mijn lievelingseten had klaargemaakt: een gebraden haantje met appelmoes en met warme flensjes in chocoladesaus toe. Onder het eten hoorden we buiten opeens een enorm geraas en gebrom. We wilden allemaal naar buiten rennen, maar dat mocht niet van mijn moeder. We moesten blijven zitten en eerst ons bord leeg eten. Maar ja, mijn vader stond thuis boven de wet en hij liep toch naar buiten. En ik mocht als enige mee, omdat ik jarig was.

17 September 1944, dat moet de operatie Market Garden zijn geweest?
Dat klopt. Mijn vader en ik zagen dat de lucht vol met vliegtuigen was, die heel laag en langzaam over ons heen trokken in de richting Cuijk/Groesbeek. En ineens was de lucht vol witte parachutes. "Dat zijn luchtlandingstroepen”, zei mijn vader. "Cas, ga iedereen roepen, dit is de bevrijding!”. Urenlang zaten we op een paar stromijten voor ons huis naar boven te kijken. Er vlogen almaar nieuwe formaties laag over ons heen. Sommige vliegtuigen sleepten zweefvliegtuigen aan lange, lichtgebogen kabels achter zich aan. We zwaaiden naar de piloten. Die waren goed te zien in hun cockpit. Een paar kilometer verder maakten ze een scherpe bocht, zakten dan nog lager en dan hingen er ineens bungelende mannetjes aan lange rissen witte parachutes in de lucht.

Je wordt weer helemaal enthousiast als je het vertelt. Dat moet een heel spannend gezicht zijn geweest.
Ongelofelijk. Eerst zagen we al die vliegtuigen en die parachutisten en later in de middag kwamen er rode, blauwe, gele en groene parachutes. Die brachten voedsel, medicijnen, munitie en oorlogstuig. De zweefvliegtuigen stonden even stil in de lucht en dan zwenkten ze snel naar beneden. De Dakota’s waardoor ze werden gesleept trokken steil omhoog als de zweefvliegtuigen waren losgekoppeld. Af en toe zag je tussen die vliegtuigen nijdige zwarte wolkjes ontstaan: dat was Duits afweergeschut. Maar dat duurde maar even, want de lucht was vol Engelse jachtvliegtuigen, die er meteen boven op doken. Mijn broer Ruud leefde helemaal mee: "Goed zo”, riep hij, "hak ze in de pan”. Ik weet nog dat mijn vader, die reserveofficier was, zei dat we de oorlog gingen winnen omdat de geallieerden heersten in de lucht. Uit een van de vliegtuigen die terugkwamen, zagen we opeens nog drie witte parachutes te voorschijn komen. ”Die durfden vast niet te springen en toen zijn ze er uit geduwd” zei mijn zus Miebeth. "Nee, zei broer Rutger "ze zaten net op de plee toen ze moesten springen”. En een andere zus, Piene, vroeg zich hardop af of vliegtuigen wel wc’s hadden. En zo zijn we de hele middag zijn blijven kijken. We konden er geen genoeg van krijgen.De flensjes met chocoladesaus aten we ‘s avonds, koud. Dat was natuurlijk niet zo lekker als warm, maar je begrijpt wel dat dit een verjaardag was om nooit te vergeten.

En dan je 75ste verjaardag. Het gilde heeft je een gildefeest aangeboden ter gelegenheid van deze mijlpaal in je leven. Hoe reageerde je toen je dat hoorde?
Dat heeft mij zeer verrast. En wat mij niet vaak gebeurt, dat is dat ik even niet wist wat ik moest zeggen. Maar dat ging gelukkig snel over en ik verheug me heel erg op dit feest. Niet alleen omdat het zo’n bijzonder cadeau is, maar ook en vooral omdat heel Beers uitgenodigd is. En zo hoort het ook: het St.Anthoniusgilde is van het hele dorp.
dorp.
 
 PROGRAMMA             
van de dorps- en gildenfeesten           
die door het St.Anthoniusgilde van Beers  
worden aangeboden aan beschermheer
 mr. drs. Cas L.M. de Quay      
   ter gelegenheid van zijn 75ste verjaardag.           
         De feesten vinden plaats       
  op zaterdag 12 en zondag 13 september 2009 op het landgoed "de Hiersenhof”   
   Heuf 25 in Beers.
 
                                                             
 
Welkomstwoord door Staande Deken Rien van Haren van het St.Anthoniusgilde.
Met veel plezier heet ik U welkom bij de dorps- en gildenfeesten, die ons gilde organiseert ter ere van de 75ste verjaardag van onze beschermheer mr.drs.C.L.M.de Quay. ‘Ieder gilde krijgt de beschermheer die het verdient’, zeg ik met een variant op een oud spreekwoord.  En wij mogen ons gelukkig prijzen met onze huidige beschermheer, zoals dat ook al het geval was met zijn vader en voorganger in deze functie: oud minister-president professor dr. J.E. de Quay. Onze huidige beschermheer is - net als zijn vader - zeer betrokken bij het wel en wee van de Beerse gemeenschap en in het bijzonder van ons gilde. Vandaar dat wij de kans om deze feesten als cadeau aan de jarige aan te bieden, met beide handen hebben aangegrepen. U kunt twee dagen lang genieten. Op zaterdagmiddag is er een feest voor de Beerse kinderen en  ’s avonds is er een bonte muzikale avond voor alle dorpsbewoners. Op zondag is dan het gildenfeest, waar de 14 aanwezige gilden zich - in hun prachtige kostuums - zullen presenteren en in gezonde rivaliteit en volgens eeuwenoude tradities zullen strijden om de hoogste eer.  Met veel enthousiasme zijn verschillende commissies binnen ons gilde al vele maanden bezig om de feesten in goede banen te leiden. Maar ook het Beerse verenigingsleven heeft een niet geringe bijdrage geleverd aan de voorbereidingen. En natuurlijk zou een feest als dit niet mogelijk zijn zonder de financiële steun van onze trouwe sponsoren en de gemeente Cuijk. Ik nodig U allen - gasten van de familie de Quay, dorpsgenoten, streekgenoten- van harte uit bij een of beide feestdagen aanwezig te zijn. Wij zijn er van overtuigd dat U hier nog vele jaren en met veel plezier aan zult terugdenken.
 
                         
 
Voorwoord door burgemeester Schoots van de gemeente Cuijk.
Allereerst proficiat met de 75e verjaardag van jullie beschermheer mr. Drs. C.L.M. de Quay. Uit eigen waarneming ervaar ik dat hij zeer betrokken is bij het reilen en zeilen van het Gilde. Een felicitatie is daarom zeker op zijn plaats.Elk gilde heeft zijn eigen geschiedenis. Ook uw gilde, dus deze mag dan ook in dit programmaboekje zeker niet ontbreken. Zo tast  de Sint Anthonius Gilde Beers nog steeds in het duister omtrent de juiste stichtingsdatum. Ik ga van 1403 uit. Al begin 1403 en ook in de volgende jaren blijkt, dat verschillende schenkingsakten, allerlei cijnsen gevestigd waren op (geschonken aan) het altaar in de kerk. Uit een oorkonde van de Elect-bisschop van Luijk, Jan van Beieren, blijkt dat dit altaar is gesticht in 1402. Hij gaf in deze oorkonde toestemming tot het stichten van een altaar in de parochiekerk van Beers.  De meeste schenkingen werden in 1403 gedaan door personen die ook deel uitmaakten van het broederschap en daarom mag worden aangenomen dat het  St. Anthonius Gilde Beers al van 1403 dateert.  Een gildekenner stelde eens vast, dat de gilden door alle oorlogen en andere rampen in onze geschiedenis hebben kunnen overleven. Dit komt doordat zij gegroeid zijn uit een innerlijke behoefte van de mens, die zo zijn bezorgdheid voor het welzijn van de gemeenschap gestalte gaf. Ook in deze moderne tijd met zijn materiële welvaart moeten veel mensen vaak inleveren aan welzijn. De beschermende functie van het gilde heeft zich door de eeuwen heen aangepast aan de tijd. Daardoor heeft het gilde meer een voorbeeldfunctie door hun levenshouding, gebaseerd op broederschap en christelijke naastenliefde. Oftewel het karakter van defensieve organisatie hebben de gilden door de eeuwen heen verloren, maar gemeenschapszin, dienstbaarheid aan o.a. kerkelijke en wereldlijke overheid zijn gebleven! Een hoogtepunt van het St. Anthonius Gilde Beers was de 600ste verjaardag in augustus 2003. Wat een organisatie ging hieraan vooraf. De speciaal hiervoor opgerichte Stichting Zes Eeuwen St. Anthoniusgilde heeft hiervoor in ieder geval goed werk verricht! Daarom mag de uitreiking van de koninklijke erepenning niet onvermeld blijven. Tijdens de gildedag op 26 augustus 2003 werd bij het aanbieden van de erewijn deze bijzondere koninklijke onderscheiding door mij uitgereikt.  De gildenfeesten, die dit jaar worden gehouden op 12 en 13 september vormen jaarlijks een grote attractie. Ook de inwoners van Beers weten deze gildenfeesten te waarderen. Ik hoop van harte dat vele mensen zullen genieten van de festiviteiten in Beers. Tot slot wens ik iedereen veel plezier en succes met de gildenfeesten!
 
Voorwoord door kringvoorzitter drs. O.P.M. Bouwmans van de Kring van Gilden Land van Cuijk.
"Onze beschermheer wordt 75 jaar en dat gaan we echt vieren,”  zo hoorde ik een hele tijd geleden al van dekenschrijver Cor Berends. Van harte feliciteer ik allereerst de jarige beschermheer zelf en wens hem nog een gelukkige en gezonde toekomst toe. Een voortreffelijk idee van het St. Anthoniusgilde, dit gildenfestijn, en een bijzondere geste aan het adres van de 75-jarige beschermheer Mr. Drs. C.L.M. de Quay.Maar hiervoor is ook alle reden.Welk gilde heeft het geluk en de eer te kunnen zeggen: "Onze beschermheer oefent deze functie al bijna 25 jaar uit en vóór hem deed zijn vader dit al vele jaren lang!” Vanzelfsprekend tellen hier de vele jaren van het beschermheerschap van het St. Anthoniusgilde door wijlen Dr. J. de Quay en vanaf 1986 nog steeds door Mr. Drs. C.L.M. de Quay. Maar van veel meer betekenis en bijzonder waardevol is de zeer hechte "familieband” tussen de familie de Quay en het gilde: dit is uniek en getuigt van klasse en karakter. Groot feest derhalve op Landgoed De Hiersenhof in Beers: waar kan het ook anders!Van harte wens ik u, beschermheer, samen met uw familie, en natuurlijk uw gildenfamilie en genodigden een mooie en goede feestdag toe.
 
                
 
In gesprek met de ere-hoofdman van het gilde, Toon Vos.
Onze beschermheer, Cas de Quay, heeft mij aangeraden contact met jou op te nemen. Jij zou precies weten hoe het indertijd gegaan is met het beschermheerschap van zijn vader.
"Ik doe mijn best, maar met mijn 79 jaar wil mij ook nog wel eens iets ontgaan. Ja, het beschermheerschap van professor De Quay. Ik noemde hem altijd professor, terwijl hij ook minister-president geweest is. Maar als we met z’n tweeën waren, dan zei ik Jan. Ik was in die tijd nog geen hoofdman, dat was Wim Keyzers. Het was zo: we waren op zoek naar een nieuwe beschermheer. Dat was in 1972. We wilden iemand die gezag had en die ook banden had met het dorp Beers. En zo kwamen we bij de professor De Quay”.
 
En hoe ging dat in zijn werk?
"Bart van Elk uit Gassel en ik zijn naar "de Hiersenhof” gegaan. We hebben de heer De Quay verteld dat we hem graag als beschermheer wilden hebben. Daar wilde hij wel over nadenken. We hebben toen een nieuwe afspraak gemaakt. In dat tweede gesprek zijn we ook begonnen over een nieuw vaandel voor het gilde. We wilden er graag het wapen van de familie De Quay in verwerken. Daar is het hele gesprek die avond over gegaan en dat betekende dat een derde afspraak gemaakt moest worden om te spreken over het beschermheerschap. Bij dat derde gesprek was ook een goede vriend en studiegenoot van professor De Quay aanwezig. Die was uitgenodigd om te zien of het beschermheerschap wel te combineren was met zijn vorige functies, zoals die van premier, maar ook met het werk dat hij op dat moment nog deed. En toen bleek dat dit geen problemen op zou leveren, ging hij akkoord".
 
Tot zijn dood in 1985 is professor De Quay onze beschermheer gebleven. Het vaandel moest er ook nog komen.
"Ja, en dat is ook gebeurd. Het is ontworpen door Bart van Elk. Hij was een gepensioneerde marineman, die heel erg betrokken was bij alles wat met het gilde te maken had. Het vaandel is gemaakt door mevrouw Rombach-de Kievid en het is kerkelijk gewijd op 20 januari 1973. In het vaandel zit ook een deel van het wapen van de familie De Quay: het lindeblad en de groene balk. Het lindeblad- waarvan de steel naar links wijst - is geplaatst in de 4 hoeken en de groene balk uit dat wapen is gebruikt om het geheel te omlijsten”.
 
In 1985 overleed professor De Quay. Hoe ging het toen verder met het gilde?
"Na zijn overlijden hebben we eerst de voor het gilde gebruikelijke rouwperiode van 1 jaar en 6 weken afgewacht en zijn toen opnieuw naar "de Hiersenhof” getogen. We wilden graag de zoon van professor De Quay – Cas -  als beschermheer. Toen we bij hem kwamen stelde Cas voor om zijn moeder te benoemen tot beschermvrouwe. Daar hadden we zelf helemaal niet aan gedacht en het was natuurlijk een goede suggestie. Maar mevrouw De Quay zei meteen dat ze dat niet wilde. Ze vond het beter als haar zoon, die veel met het dorp Beers op had, in de voetsporen van zijn vader zou treden”. 
 
En hoe is dat bevallen?
"We hebben geboft met de familie De Quay. Zowel met de vader als met de zoon. Ze waren en zijn alle twee zeer betrokken bij het gilde, maar ieder op zijn eigen manier. Professor De Quay had veel invloed vanwege zijn premierschap. Als hij iemand uit het dorp kon helpen dan deed hij dat graag en dan was het probleem snel opgelost. Hij wist de weg en kende veel mensen. Maar met onze huidige beschermheer kunnen we ook onze handjes dichtknijpen. Je kunt altijd een beroep op hem doen. Hij is jurist en psycholoog en dat kan natuurlijk wel eens van pas komen in een grote vereniging als die van ons. Wij kunnen altijd bij hem terecht als we advies nodig hebben op juridisch gebied, maar ook als het gaat om financiële zaken. Hij is namelijk ook bankier geweest. Hij is een warme persoonlijkheid. Hij is altijd beschikbaar, maar dringt zich niet op. En hij kent veel mensen, waardoor hij voor elk probleem wel een oplossing weet. Ze zeggen wel eens dat "de Hiersenhof” ons tweede clubhuis is”.
 
Je bent 10 jaar, van 1979 tot 1989, hoofdman geweest van het St.Anthoniusgilde. Wat is je het meest bijgebleven uit die tijd?
"Dat is natuurlijk het overlijden van professor De Quay. Wij hebben onze beschermheer met gilde-eer begraven. De uitvaartmis was in de Sint Jan in Den Bosch en daarna is hij hier in Beers op het kerkhof ter aarde besteld. Dat heeft een diepe indruk op mij gemaakt. Maar er zijn ook veel leuke momenten te herinneren.Zo was er de opening van Madurodam in 1963 door mevrouw De Quay. Wij waren daar met harmonie Irene bij aanwezig. Er is natuurlijk veel meer gebeurd in al die jaren. Meer dan ik nu zo een, twee, drie kan bedenken. Weet je trouwens dat er drie generaties Vos lid zijn van het gilde? Daar ben ik heel erg trots op”.
 
                                                                       
 
Deelnemende gilden in volgode van optocht:
1    Drumband St. Anthoniusgilde, Beers
2   St. Antonius- en Mariagilde, Linden
3   St. Nicolaasgilde, Haps
4   St.Barbaragilde, St. Hubert
5   Gilde St. Antonius-Abt, Vorstenbosch
6   Gilde St. Antonius en St. Martinus, Cuijk
7   Heilig Bloedsgilde, Boxmeer
8   St. Sebastianusgilde, Vianen
9   St. Jorisgilde, Bergeyk
10  Gilde St. Antonius Abt, Escharen
11  St. Willebrordusgilde, Heeswijk
12  St. Antoniusgilde, Sambeek
13  St. Brigidagilde, Netersel
14  Koninklijk St. Willibrordusgilde, Geijsteren                                 
 
Programma van het kinderfeest op zaterdag 12 september.
Het kinderfeest begint om 13.00  en is om 16.00 uur afgelopen. Alle kinderen van de ‘Dr. Jan de Quay’ school, maar ook kinderen in de zelfde leeftijdsgroep die in Beers wonen en ergens anders naar school gaan, zijn daarbij van harte welkom. Er worden middeleeuwse gildenspelen  georganiseerd, waar de leerlingen uit alle groepen plezier aan kunnen beleven. De middag wordt afgesloten met een roofvogeldemonstratie door een valkenier.
 
Programma van het dorpsfeest op zaterdagavond 12 september.
Het feest is toegankelijk voor iedereen uit Beers en omstreken. En als U gasten wilt mee nemen, dan zijn ook zij van harte welkom. De avond begint om 19.30 uur. Wat kunt U verwachten deze avond?
Om te beginnen is er een optreden van zanger en conferencier Tinny Wijnands uit Deurne. Ook het Visserskoor uit Beers treedt een aantal malen voor het voetlicht. En tussen de optredens door zorgt diskjockey Raymond van den Berg voor muziek die U graag hoort. Kortom: een afwisselend programma. De avond eindigt om 24.00 uur, zodat U de volgende dag weer ‘fris en fruitig’ aanwezig kunt zijn bij het gildefeest.
Het St. Anthoniusgilde hoopt u allen te mogen begroeten op 12 en 13 september!
 
                                                                              
 
Programma van het Gildefeest op zondag 13 september 2009.
09.15 uur:      Ontvangst van de genodigden en gildenafgevaardigden op "de Hiersenhof”.
10.00 uur:       Plechtige gildenmis. De mis wordt opgedragen door Mgr. J.van Eijndhoven. Ook de Beerse
                       parochianen zijn van harte welkom bij deze mis.
11.00 uur:       Brabantse koffietafel voor de deelnemende gilden en overige genodigden.
12.00 uur:      Aanbieden van de erewijn door het gemeentebestuur van Cuijk.
13.00 uur:      Optocht van de deelnemende gilden naar "de Hiersenhof”.
14.15 uur:       Groepswedstrijden trommelen, groepswedstrijden vendelen, groepswedstrijden bazuinblazen en
                     wedstrijden geweer- en kruisboog schieten.
17.30 uur:       Prijsuitreiking.                                        
 
Gilderituelen verklaard.
De ochtend van de gildendag begint met een plechtige gildenmis, waarna de genodigden, waaronder de deelnemende gilden, aan de Brabantse koffietafel gaan. Na de maaltijd biedt het gemeentebestuur van Cuijk, in de persoon van de burgemeester, de genodigden de erewijn aan. Daarmee wordt een toost uitgebracht op het gilde, het welslagen van de dag en natuurlijk op de gezondheid van de jarige beschermheer.
     
                           
 
De optocht begint om 13.30 uur. De stoet wordt geopend door het tamboerkorps van het St. Anthoniusgilde. Daarna komen de 13 gilden in hun kleurige kostuums. De koning is er altijd bij, vergezeld van ‘zijn’ koningin. En dan- voor zover die er zijn- tamboers, narren, monniken en marketentsters. Het St. Anthoniusgilde loopt zelf niet mee in de optocht, omdat de leden bezig zijn met de organisatie van de dag. De gilden worden vooraf gegaan door kinderen die het bord met het nummer dragen.
 
                                                                                            
                                   
Als de gilden zijn aangekomen op het feestterrein stellen ze zich naast elkaar op met het gezicht naar de eretribune voor de massale opmars. Als alle gilden zijn opgesteld komen ze, op een teken van de kringkapitein, in beweging en marcheren ze in de richting van de genodigden. Tijdens de opmars worden alle aanwezige gildetrommen geslagen, wat leidt tot een massaal en indrukwekkend geluid. De gilden houden 10 meter voor de eretribune halt.
 
                       
 
Nadat de kringkapitein de gilden heeft gemeld bij de hoogste [gilde] autoriteit en de genodigden, worden de vaandels gepresenteerd voor de vendelgroet. Na het welkomstwoord van de burgemeester van Cuijk wordt het Wilhelmus gespeeld. Vervolgens wordt de gelofte van trouw hernieuwd. Dat gebeurt door het overvendelen van de geestelijke en wereldlijke ‘overheid’. Dat zijn de celebrant van de gildenmis, mgr. J. van Eijndhoven, burgemeester L.Schoots en de koning van het St.Anthoniusgilde, Peter van den Berg.Tijdens de vendelgroet hoort U een roffel op de gildetrom. Het laatste deel van de massale opmars is een vendelhulde door alle deelnemende gilden aan de genodigden. 
                                                                           
 
Met het blok- of slingerdefilé worden de plechtigheden afgesloten. De kringkapitein gaat voorop en dan volgen de gildebroeders die per functie zijn ingedeeld in blokken, vandaar de naam. Er zijn blokken met de naamschilddragers, de tamboers, de vaandeldragers, de vendeliers, de koningen met hun koningin, de zilver-, geweer- en hellebaarddragers en de overige gildebroerders. Het blokdefilé wordt ook wel slingerdefilé genoemd omdat de gilden in een slingeroptocht over  het veld trekken en tenminste eenmaal de tribune met genodigden moeten passeren. Het is de bedoeling dat er zoveel slingers worden gemaakt dat alle gilden tegelijkertijd in beweging zijn. Dit is een spectaculair schouwspel.
 
 
               
          
                                                               
 
                                            
  
                                              Voor meer foto's verwijzen wij u naar de fotogalerij.